Na aankomst in Paramaribo gingen de militairen door naar Bosbivak Zanderij, waar ze gastvrij werden onthaald door de ouwe hap. In het Bosbivak Zanderij (Prinses Beatrix Kampement) waren de opleidingen voor de militairen van de TRIS geconcentreerd. Savanne en jungle boden een ideaal oefenterrein en het in 1957 aangelegde gevechtsschietterein OP Savanne lag dichtbij.

actie_welkom

De nieuwelingen worden met “Actie Welkom” gastvrij onthaald door de oude hap.
(Foto Ad van Sundert – A-Cie ’63)

De vervolgopleiding duurde vier maanden en bestond onder meer uit de individuele en algemene militaire vorming, de voortgezette en fuctieopleiding, oefeningen ‘kleine oorlog’, ‘beteugelen van woelingen’ en de avontuurlijke jungletraining. Daarbij leerden de militairen hoe zij in het oerwoud moesten overleven, zich moesten oriënteren en verplaatsen, een bivak aanleggen, een bivak moesten overvallen en hinderlagen leggen. In de praktijk betekende dit bijvoorbeeld dat een patrouille van zes man zich zes dagen moest voeden met wat de jungle opleverde. Geen militair die niet leerde omgaan met de ‘snake-kit’ en de ‘houwer’ waarmee hij een pad door het oerwoud moest kunnen kappen, geen dienstplichtige die niet door kreken waadde en zwetend door het zompige oerwoud sjouwde met 25 kilo bepakking. Om dan aan het eind van zo’n doorsteek toch net naast het op de kaart aangekruiste eindpunt uit te komen.
Aan het einde van de opleiding op Bosbivak Zanderij volgde de korjaaltraining vanuit het semipermanente kamp aan de Troelikreek of het Bosbivak Loksi Hatti, waar overigens vanaf 1971 de ‘rimboe-opleiding’ geconcentreerd werd. Ook de militairen moesten echter vertrouwd raken met deze instabiele boten, waarmee zij in het binnenland moesten kunnen patrouilleren.

De aankomst te Zanderij, “Actie Welkom” (1962)